Het integratief gedragsmodel (IGM) wordt wereldwijd toegepast om motivatie en gedrag te duiden en te beïnvloeden. Ook binnen het sociaal domein wint het model aan bekendheid, omdat het een unieke combinatie van een sterke wetenschappelijke basis en praktische toepasbaarheid heeft. Het is dus niet voor niets dat de VNG, Divosa, SAM en ook UWV dit model omarmen.
Het integratief gedragsmodel is dus een populair model. Niet voor niets, want het heeft een paar voordelen:
- Er is decennialang onderzoek naar gedaan: je kunt er dus van uitgaan dat het klopt
- Het doet precies wat een model hoort te doen: complexiteit pakbaar maken
- Het helpt je om gedrag beter te begrijpen en gerichter te beïnvloeden.
De kern van het IGM is het gedrag dat we beter willen begrijpen en, daar waar nodig, beïnvloeden. Dat kan gaan over gedrag van cliënten, gedrag van professionals en natuurlijk ook ons eigen gedrag (denk maar aan de goede voornemens in januari).
Menselijk gedrag wordt door honderden factoren bepaald. En je kan dus snel door de bomen het bos niet meer zien als je probeert te begrijpen waarom een cliënt maar blijft aanhikken tegen het uitvoeren van een plan. Het IGM probeert daar overzicht in te geven door dit terug te brengen tot 2 clusters van factoren die gedrag beïnvloeden: willen en kunnen:
1) Willen raakt motivatie, maar gaat om meer dan simpelweg wel of niet gemotiveerd zijn. Het IGM benoemt 3 elementen die het willen bepalen:
· Houding: de positieve en negatieve associaties en ervaringen die de ander heeft met het gewenste gedrag en hoe relevant en passend de ander dit gedrag vindt
· Vertrouwen in eigen kunnen: de mate waarin de ander zichzelf in staat acht om het gedrag ui te voeren
· Sociale druk: de mate waarin de ander druk of behoefte uit zijn omgeving ervaart het om het gedrag juist wel of juist uit te voeren. Dit kan gaan om gedrag of uitspraken van (belangrijke anderen), maar ook opvoeding (organisatie)cultuur, wetgeving, contractuele afspraken en social media
2) Naast het willen uitvoeren van bepaald gedrag, moet je het natuurlijk ook kunnen. Dit kunnen wordt in het IGM uitgesplitst in 4 elementen:
· Kennis en vaardigheden: de mate waarin de ander de benodigde informatie, (zelf)inzicht, vaardigheden, ervaring en expertise heeft
· Zelfregulering: het probleemoplossend en zelfsturend vermogen van de ander
· Context: factoren in de omgeving van de ander die het gedrag makkelijker of moeilijker maken
· Belastbaarheid: de verstandelijke, mentale en fysieke mogelijkheden van de ander om het gedrag te kunnen uitvoeren.
De populariteit van het model heeft helaas ook als nadeel dat het IGM bijna heilig wordt verklaard en als een doel op zich wordt gezien. Hoewel we bij ZINZIZ heel enthousiast zijn over dit model, willen we er voorwaken dat het model dogmatisch wordt ingezet.
Wat ons betreft is het IGM dan ook veel meer een vliegwiel: doordat je met het model bezig bent, ontstaat er beweging, reflectie en professionele ontwikkeling. Zo is het bijvoorbeeld een vliegwiel voor:
- Meer waardeneutraal naar gedrag te kijken en het daardoor ook effectiever te kunnen beïnvloeden. Bijvoorbeeld door bepaald gedrag niet als goed of fout te bestempelen, maar de waarde of lading van gedrag te laten afhangen van het doel dat je voor ogen hebt.
- Methodisch werken. De basis van het model helpt je om meer doelgericht en meer bewust (bekwaam) te werken.
- Intercollegiaal begrip en samenwerken: het model biedt voor allerlei professionals en leidinggevenden een gemeenschappelijke taal en basis, waardoor het ook een krachtig vliegwiel is voor multidisciplinaire samenwerking en wederzijds begrip voor elkaars perspectief en expertise
- Zorgvuldig en nauwkeurig te werken. Het model helpt je om een complete analyse te maken van de factoren die remmend danwel stimulerend werken in het gedrag van een cliënt of professional en daarbij nikste vergeten.
- Bewust bekwaam het gedrag van anderen (en jezelf) beïnvloeden door zowel aandacht te besteden aan het kunnen, als aan het willen
- Zorgvuldige communicatie met en naar de ander: doordat je zelf meer bewust bekwaam handelt, kun je anderen ook meer transparant meenemen in jouw overwegingen.
We hebben uitgebreide informatie over de wetenschap achter het model en praktische handvatten met het model op een rij gezet op www.integratiefgedragsmodel.nl. Daar vind je meer informatie en ook een link om werkboeken en spiekwaaiers te bestellen.
Kijk dan eens hier:
- De zin en onzin van modellen en het IGM in het bijzonder (Webinar KRSD, 2024)
- Wetenschap toepassen was nog nooit zo makkelijk (Sociaal Bestek, 2020)
- Hoe een theoretisch model verbindend kan werken (Sociaal Bestek, 2020)
- Gesprekken met meer impact (boek)
- Trainen met meer impact (boek).
- We zijn nog maar net begonnen Inaugurele rede van prof. dr. Roland Blonk bij de openbare aanvaarding van het ambt van bijzonder hoogleraar in de
Arbeidsdeskundigheid en Inclusieve Innovatie van Arbeid aan Tilburg University (2018).
- Fishbein, M., & Ajzèn, I. (2010). Predicting and changing behavior: The reasoned action approach. New York: Psychology Press.
- Hooft, E.A.J. van (2016). Motivation and Self-Regulation in Job Search: A Theory of Planned Job Search Behavior. In: U.Klehe & E.A.J. van Hooft, eds. The Oxford Handbook of Job Loss and Job Search. DOI:10.1093/ oxfordhb/9780199764921.013.010.
Neem dan contact op met info@zinziz.nl
